Samen op zondagnamiddag een drankje nuttigen terwijl we ontspannen op onze lootkaarten zoeken naar het nummer dat net werd afgeroepen. Zo slecht klinkt dat niet, toch? Eén blik op de prijzentafel en dat enthousiasme kan alleen maar groeien. Ontdek met onze reeks ‘immaterieel erfgoed in de Kempen’ de traditie van het vlaaienloten in Putte!

Het vlaaienloten, een traditie die wellicht al bijna 100 jaar wordt georganiseerd in Putte, vond vroeger plaats op de dinsdagmiddag voor Aswoensdag, bekend als Vette Dinsdag. Dit markeerde het einde van carnaval en het begin van de katholieke vastentijd, de ideale gelegenheid om een laatste keer te genieten. Bakkers speelden hierop in door speciaal voor deze gelegenheid vlaaitjes met pruimen of abrikozen te bakken, bekend als ‘vastenavondvlaaikes’ of ‘carnavalvlaaikes’. De lokale cafébaas zag dit als een kans om volk te trekken en geld te verdienen door op die dinsdag ‘vlaaikes’ te verloten. Boeren uit de omgeving, met weinig werk in die periode, kwamen massaal ter plaatse om nog eenmaal van deze lekkernij te genieten voor de vastentijd begon.

Oorspronkelijk werden de vlaaien verloot door de verkoop van bierviltjes met daarop een nummer van 1 tot 90. Deelnemers konden één of meerdere kaartjes aanschaffen. Uit een beurs met een overeenkomstig aantal nummers trok men een lot. Degene met het geroepen nummer op het bierviltje, ontving een koppel ‘carnavalvlaaikes’. Tussen de vlaaien door werden er ook andere prijzen verloot, waarbij stokvis erg populair was. Het hoogtepunt van de namiddag werd tot het laatst bewaard, met de verloting van één of meerdere reuzengrote vlaaien, die bekendstonden als een ‘karwiel’.

Sinds de jaren 1980 gingen ook de Putse verenigingen actief van start met de organisatie van het vlaaienloten. Deze activiteit wordt sindsdien niet meer beperkt tot de Vastenavond, maar kan nu het hele jaar door georganiseerd worden, voornamelijk in het weekend.

In de hedendaagse context van het vlaaienloten in Putte, zijn enkele veranderingen opgetreden, waaronder de vervanging van bierviltjes door lootkaarten. De organisator voorziet de lootkaarten die de deelnemers aankopen alvorens het spel start. Er worden telkens voldoende kaarten voorzien door de organisatie zelf, maar een deelnemer kan er ook voor kiezen zijn eigen kaarten meenemen. Je mag spelen met zoveel lootkaarten als je zelf wilt. In beide gevallen betaalt de speler 3 euro per lootkaart. Het totale bedrag vormt het inschrijfgeld. Hoe meer kaarten een deelnemer aanschaft, hoe groter de kans op een prijs. Op elke lootkaart staan drie rijen met vijf getallen, van 1 tot 90. Het gestructureerde ontwerp van de lootkaarten zorgt ervoor dat spelers snel het geroepen nummer terugvinden. De vroegere kartonnen lootkaarten die in de huiskamers gebruikt werden, zijn bijna volledig verdwenen. Heel wat verenigingen maakten hun eigen houten platen.

Het spel bestaat uit tien reguliere ronden, gevolgd door een gratis elfde ronde, aangeboden door de organisatoren en eindigt steevast met een ‘volle kaart’-ronde. Het principe van de gratis elfde ronde werd geleidelijk aan ingevoerd om deelnemers aan te trekken, waardoor het spel vandaag in zijn totaliteit twaalf ronden kent.

De spelleider trekt een genummerd balletje of rolletje uit een beurs. Vervolgens controleert de speler zijn lootkaart op het genoemde getal en markeert het door het aan te duiden of er een doorzichtig schijfje op te plaatsen. In het verleden gebruikte men voor deze handeling vaak een knoop of een klein muntstuk. De deelnemer die erin slaagt om na verloop van tijd alle vijf getallen in dezelfde rij te markeren op zijn lootkaart, roept “bingo”, “uit”, “prijs”, of een vergelijkbare term. Dit signaal geeft de spelleider de gelegenheid om het spel tijdelijk te pauzeren en te controleren of deze vijf nummers daadwerkelijk zijn opgeroepen. Voor de geldigheid van de overwinning is het essentieel dat de speler heeft gereageerd voordat de spelleider het volgende nummer aankondigt. De winnaar ontvangt zijn prijs. Zolang er nog prijzen beschikbaar zijn, gaat het spel verder.

Vroeger varieerden de prijzen van carnavalvlaaikes tot andere naturaprijzen, waarbij de eerste prijs bijvoorbeeld een grote taart, konijn, of kip kon zijn. In die tijd was er een duidelijke hiërarchie in de prijzen, die naarmate het spel vorderde, minder interessant werden. Tegenwoordig is er geen vaste volgorde meer; winnaars hebben een prijzentafel om uit te kiezen, en de ‘volle kaart’-ronde biedt vaak waardevollere prijzen uit een meer beperkte selectie. In hedendaagse context zijn ook termen als lootnamiddagen of lootavonden gangbaar omdat er tussen de prijzen vaak geen vlaaien meer te vinden zijn.

Lootavonden kunnen vandaag ook door individuele personen worden georganiseerd onder de naam ‘kienen’ of ‘bingo’. Ze gebruiken dan ook vaak aangepaste kaarten, maar het spel volgt hetzelfde principe. Spelers kunnen dan prijzen winnen zoals bijvoorbeeld een fiets of een wasmachine, maar dit gaat doorgaans gepaard met hogere inleggelden. Geldprijzen waren vroeger ook gebruikelijk, maar zijn nu bij wet verboden omdat dit als gokken wordt beschouwd.

De grootste inspanning in de organisatie van het vlaaienloten betreft de samenstelling van de prijzentafel, de publiciteit naar aanleiding van het evenement en de inrichting van een beschikbare zaal. Voor de organiserende verenigingen fungeert het vlaaienloten als een waardevolle financiële steun. Naast het inschrijfgeld dragen ook de inkomsten uit drankverkoop bij aan de verenigingskas. Deelnemers bestaan hoofdzakelijk uit leden en sympathisanten van lokale verenigingen en blijkt vooral bij vrouwen een populaire activiteit te zijn.

Het vlaaienloten in Putte is een verankerde traditie die mensen samenbrengt in een gezellige sfeer, en het stimuleert sociale interactie, ontspanning en plezier. Ontstaan uit het verloten van lekkernijen aan de vooravond van de vastentijd, groeide dit ritueel uit tot levendig immaterieel erfgoed. Kortom, het vlaaienloten blijft tot op heden een geliefd en vermakelijk Puts fenomeen!

Tekst: Alfons Vekemans (Heemkring Het Molenijzer) en Emma Migliaccio (stagiaire Kempens Karakter)

Foto’s: Heemkring Het Molenijzer vzw

Meer weten?

Vlaaien loten in Putte op immaterieelerfgoed.be

Website heemkring Het Molenijzer